Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

Mogelijk alsnog recht op kindgebonden budget als toeslagpartner niet rechtmatig in Nederland is

In januari 2022 is de Wet op het kindgebonden budget gewijzigd. Een rechtmatig in Nederland verblijvende ouder met een kind dat rechtmatig in Nederland verblijft, heeft recht op kindgebonden budget, ook als de toeslagpartner niet rechtmatig in Nederland is. Na een uitspraak van de Raad van State in 2023 is besloten om deze wetswijziging in te voeren met terugwerkende kracht voor 5 jaar gerekend vanaf 1 januari 2022. U leest meer over deze wetswijziging in onderdeel 5.1 van het Verzamelbesluit dat is gepubliceerd op 4 november 2024.

Gevolgen

Had uw cliënt eerder geen recht op kindgebonden budget omdat de toeslagpartner niet rechtmatig in Nederland verblijft? Dan kan uw cliënt alsnog recht hebben op kindgebonden budget over de periode 2018 tot en met 2021. Voorwaarde is dat het kind rechtmatig in Nederland verblijft. Uw cliënt moet het kindgebonden budget over de periode 2018 tot en met 2021 wel op tijd hebben aangevraagd. Als dat niet het geval is, kan uw cliënt niet vragen om een herziening.

U kunt met uw cliënt bespreken wat te doen. Voor de jaren 2018 en 2019 heeft uw cliënt tot 5 november 2025 de tijd om een herzieningsverzoek in te dienen over deze jaren. Voor 2020 en 2021 geldt de reguliere herzieningstermijn van 5 jaar.

Uw cliënt kan ook schriftelijk een verzoek tot herziening indienen. Lees meer op de pagina Verzoek om een beslissing over een toeslag te herzien.